“Jullie horen bij Vlieland. Zo is het al 75 jaar en we hopen dat het nog lang mag duren.” Met die warme woorden stond burgemeester Michiel Schrier van Vlieland stil bij het 75-jarig bestaan van de Vliehors Range. De luchtmacht wordt er na al die tijd nog steeds graag gezien.
De lokale bevolking werd een uniek kijkje gegund door de range en het kamp erachter voor deze keer open te stellen. Voor de gelegenheid stond er een NH90-helikopter tentoongesteld, net als diverse militaire voertuigen en wapens.
Commandant Air Combat Commandcommodore Johan van Deventer overhandigde als blijk van dank een cadeau aan de eilandbewoners. Het gaat om een rustplaats met bankjes en een tafel, gemaakt uit materiaal van een oude observatiepost van de Vliehors. Deze is ooit bij een storm verloren gegaan. “Wij voelen ons hier al 75 jaar enorm thuis en hebben plezier en verdriet altijd samen gedragen”, zei hij. “De helft van de mensen die hier werkt, is eilander. De andere helft is er van maandag tot en met vrijdag en voelt zich hier erg thuis.”
Oefenbehoefte
De Vliehors Range (door vliegtuigbemanningen ook wel Cornfield Range genoemd) werd na de Tweede Wereldoorlog gecreëerd. Vanuit de NAVO was er grote behoefte om met de luchtmachten te oefenen en voorbereid te zijn op allerlei situaties. Sinds de eerste oefening op 2 mei 1948 wordt er inmiddels vrijwel dagelijks getraind op het 17 vierkante kilometer grote gebied. Dat gebeurt niet alleen met gevechtsvliegtuigen maar ook met helikopters.
De natuur heeft zich volledig aangepast aan de Vliehors. Vogels trekken zich nog maar weinig aan van alle vliegbewegingen. Doordat er maar weinig wordt gerecreëerd kunnen zij relatief rustig broeden.
Ook andere dieren hebben de rust van Vlieland ontdekt. Onlangs werd er bijvoorbeeld een klapmuts geboren, een zeehondensoort. Moeder en pup werden scherp in de gaten gehouden. Defensie is zich bewust van haar rol als beheerder van deze unieke natuur. Samen met Staatsbosbeheer worden kolonies strandbroeders tegen recreatie en militair verkeer beschermd. Zo kunnen militair gebruik en unieke natuur hand in hand gaan.
Bron: defensie.nl