Defensie heeft in de C-390M van de Braziliaanse fabrikant Embraer een opvolger gevonden voor de C-130H Hercules. De bedoeling is dat het eerste nieuwe transportvliegtuig in 2026 in Nederland aankomt. Dat schrijft staatssecretaris Christophe van der Maat vandaag aan de Tweede Kamer.
De 4 C-130’s van Defensie hebben het eind van hun levensduur bereikt. Aanvankelijk was het de bedoeling er nog tot minimaal 2031 mee te blijven vliegen, maar ze zijn steeds minder vaak inzetbaar door mankementen. In 2020 werd daarom besloten ze toch te vervangen.
Waar aanvankelijk het plan was om 4 nieuwe toestellen te verwerven, worden dat er 5. Er is behoefte aan meer vlieguren, schrijft Van der Maat. Hij verwijst naar de evacuaties in Afghanistan in 2021 en de drastisch veranderde veiligheidssituatie aan de oostflank van Europa. “Die hebben het belang van gegarandeerde beschikbaarheid aan transportcapaciteit voor de krijgsmacht onderstreept. Met een uitbreiding van 2.400 naar 4.000 vlieguren, zijn eenheden beter en vaker te ondersteunen. Ook draagt Nederland bij aan het invullen van een Europees tekort. Verder komt extra transportcapaciteit ten goede aan de snelheid om te reageren bij calamiteiten.”
Eisen
Defensie stelde verschillende eisen aan de opvolger van de C-130. Uit onderzoek kwam de C-390M er beter uit dan de C-130J van Lockheed Martin, die als alternatief werd gezien. Zo is de beschikbaarheid van de C-390M hoger, scoort het toestel beter op een aantal operationele en technische eisen en heeft het minder onderhoud nodig. Bovendien kan de C-390M met 4 toestellen al voldoen aan de minimale eis van 2.400 vlieguren. De C-130J heeft daar 5 toestellen voor nodig.
De bedoeling is dat de C-390M ook deelneemt aan het European Air Transport Command. Dit is een samenwerkingsverband op het gebied van luchttransport van 7 Europese landen. De C-390M eraan toevoegen komt de pooling and sharing van capaciteiten in Europees verband te goede. Dit gebeurt met gelijksoortige maar ook verschillende typen transportvliegtuigen.
Kosten
Doordat Defensie meer vlieguren wil maken, gaan ook de geschatte kosten omhoog. Aanvankelijk werd uitgegaan van € 250 miljoen tot € 1 miljard. Dat wordt nu tussen € 1 miljard en € 2,5 miljard.
Bron: defensie.nl