De oorlog in Oekraïne duurt alweer 2 jaar. Uit die periode zijn volgens Commandant der Strijdkrachten (CDS) generaal Onno Eichelsheim de nodige militaire lessen te trekken. Hij deelde ze met zijn gehoor in Leiden tijdens een symposium over 2 jaar Russische agressie in Oekraïne.
De praktijk heeft volgens Eichelsheim uitgewezen dat bijvoorbeeld drones in het gevecht onmisbaar zijn. De onbemande vliegtuigjes sporen de vijand op en slaan aanvallen af. Ze kunnen zelfs gebouwen, loopgraven en ondergrondse schuilplaatsen invliegen. Drones kunnen drones aanvallen en zijn ook onder water in te zetten. Oekraïne wil er dit jaar een miljoen produceren en zo een nieuwe eenheid formeren: the Unmanned Systems Forces. Een slimme zet vindt Eichelsheim en een inspiratiebron voor de Nederlandse krijgsmacht.
Evengoed cruciaal in de oorlog bleken luchtverdedigingssystemen stelde de generaal. Alleen hiermee zijn militairen en bevolking te beschermen tegen inkomende raketten.
Het gaat om de snelheid
Ook in het digitale domein valt volgens de CDS het een en ander op te steken. Op het Oekraïense slagveld is alles aan elkaar gekoppeld: van drone, tot soldaat tot mortier. Militairen beschikken over een app waarmee ze de snelheid, boog en het doel van inkomende raketten voorspellen. Het lukte de Oekraïners zelfs oud Sovjet-materiaal te koppelen aan moderne (Patriot)-luchtverdedigingssystemen.
Hun IT hapert zelden. Hoe kan dat? Het leger accepteert de risico’s van een minder beveiligd internet. Het gaat vooral om de snelheid. ‘Even later’ is de informatie namelijk niet meer relevant. Tegelijkertijd is er op strategisch niveau wel sprake van een hogere classificatie.
Nederland kan hiervan leren meent Eichelsheim. Wellicht focust onze krijgsmacht te veel op cyberveiligheid op alle niveaus. Wat mogelijk afbreuk doet aan andere innovaties.
Focus op effectiviteit
Lessen zijn ook te trekken uit de trainingen aan Oekraïners. De CDS is onder de indruk hoeveel zij in korte tijd leren van hun Britse, Duitse en Nederlandse collega’s. Het werpt de vraag op of ‘wij’ ons soms niet teveel concentreren op perfectie in plaats van effectiviteit. Een kwestie waarover hij zeker met zijn ondercommandanten in gesprek gaat.
Stenen en slingers
Nog een voorbeeld om beter van te worden is de snelheid waarmee in Oekraïne nieuwe spullen en technieken hun weg vinden naar het front. Innovatie en gevechtskracht zijn nauw met elkaar verweven. Alle partijen zijn daarop gericht. Eichelsheim constateerde dat onlangs zelf tijdens een bezoek aan het land.
Oekraïne koestert dan ook een leeromgeving met veel ruimte voor individuele creativiteit en ideeën. Het land rekruteert vooral mannen van eind 30. Dat stelt jongeren in staat hun studie te voltooien. Die kunnen op hun beurt weer bijdragen aan economie en innovatie.
Een land in oorlog met een veel ‘grotere’ vijand moet vooral slim zijn, meent Eichelsheim. En Oekraïne is dat. Hij vergelijkt het land met David die Goliath bestrijdt, waarbij bondgenoten bijdragen aan het aanvullen van de hedendaagse essentiële ‘stenen en slingers’.
Ook legde hij de link naar de urgentie voor het opschalen van de productie binnen de defensie-industrie.
Mindset
De strijd in Oekraïne gaat nog lang duren denkt de CDS. Maar oorlogsmoeheid is geen optie. Er moet in Nederland meer besef komen van de gevolgen als Rusland de oorlog wint. Hij roept de samenleving dan ook op tot een andere mindset. Als de strijd zich verplaatst van de voorpagina’s naar onze voordeur, dan moeten we volgens de hoogste militair voorbereid, verenigd en veerkrachtig zijn. En beseffen waarvoor we vechten. Om vrede en vrijheid te behouden voor de volgende generaties. Zoals we dat ook willen voor onze bondgenoot Oekraïne!
Bron: defensie.nl