Defensie koopt 504 lichte operationele voertuigen. Deze zogenoemde Airborne Vehicles zijn als tactisch transportmiddel in te zetten bij operaties van de Luchtmobiele Brigade. Deze is sinds 2014 geïntegreerd in de Duitse snelle interventie-eenheid: Division Schnelle Kräfte (DSK). Hierin werken Nederland en Duitsland samen. Daarom schaft ook Duitsland ongeveer 1.000 van deze voertuigen aan. Rheinmetall Land Systemen is de fabrikant.
Dat melde staatssecretaris Christophe van der Maat gisteren aan de Tweede Kamer. De verwerving gebeurt in het gezamenlijke project ‘Airborne Vehicles’. De eerste voertuigen komen volgend jaar om te testen.
De voertuigvervanging is dringend nodig nadat 11 Luchtmobiele Brigade ze vele jaren heeft gebruikt bij operaties en oefeningen.
De aanbesteding doet Defensie samen met Duitsland. Het grote voordeel daarvan is dat de voertuigen binnen de DSK uitwisselbaar zijn. Dat brengt de integratie weer een stap verder.
Eigen verdediging
Ondertussen is de veiligheidssituatie in de wereld verslechterd. Daardoor ligt het accent bij de aankoop van de voertuigen nu meer op de eigen en bondgenootschappelijke verdediging. Bij de start van het wielvoertuigenprogramma lag de nadruk vooral op gebruik tijdens vredesmissies en stabilisatie-operaties. De verslechterende veiligheid in Europa is ook de reden dat landen meer gezamenlijk optrekken, zoals Duitsland en Nederland in de DSK.
Ballistische bescherming
De nieuwe voertuigen zijn voor Duitsland en Nederland technisch gelijk. Ze zijn uit te rusten met verschillende wapens, zoals een zware mitrailleur en de Spike antitankinstallatie. Verder kunnen ze worden voorzien van ballistische bescherming die modulair is aan te brengen op het voertuig.
Regelmatig informeren
Technische eisen, levertijd en prijs: op basis daarvan kozen Duitsland en Nederland gezamenlijk en unaniem voor leverancier Rheinmetall Land Systemen (RLS). Defensie krijgt in 2024 de eerste 4 voertuigen. Vanaf 2025 volgen er jaarlijks 100, en dat 5 jaar lang.
De fabrikant wil VDL Special Products in Eindhoven en Rheinmetall-NL in Ede inschakelen voor assemblage van de voertuigen.
Het budget is hoger dan initieel geraamd: € 302,5 miljoen. Dat komt onder meer door de hogere arbeidskosten, de inflatie, de toegenomen grondstofprijzen en de aangepaste eisen die aan de voertuigen zijn gesteld. Van der Maat blijft de Kamer regelmatig informeren over de voortgang van het project.