Dankzij onderzoek van de Bergings- en Identificatiedienst van de Koninklijke Landmacht (BIDKL) zijn de stoffelijke resten van verzetsman Cornelis Pieter Kreukniet alsnog geïdentificeerd. Hij werd bijna 80 jaar geleden gefusilleerd door de Duitsers. De identificatie kwam tot stand via DNA dat onlangs door een achterneef van Kreukniet werd aangeleverd.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog ging Kreukniet (geboren in 1894) in het verzet. Op 8 oktober 1944 werd hij gearresteerd wegens het drukken en verspreiden van illegale lectuur. Hij werd opgesloten in het ‘Oranjehotel’, het huis van bewaring in Scheveningen, en verdween daarna spoorloos. In het dodenboek van het Oranjehotel stond dat Kreukniet op 28 oktober 1944 aan longontsteking en pleuritis was overleden.
Uit onderzoek van de BIDKL is gebleken dat de door de Duitse autoriteiten opgegeven doodsoorzaak onjuist was. Het lichaam van Kreukniet werd in maart 1947 opgegraven uit een anoniem groepsgraf van 9 personen op de Waalsdorpervlakte. Hij was onmiskenbaar om het leven gebracht door een vuurpeloton.
Het stoffelijk overschot werd overgebracht naar het militaire identificatiecentrum te Leusden, maar kon destijds niet worden geïdentificeerd. Kreukniet werd daarom als ‘onbekende Nederlander’ begraven op de algemene begraafplaats Rusthof in Leusden. In 2012 werden de stoffelijke resten overgebracht naar een laatste rustplaats op het Nationale Ereveld Loenen. Dat graf wordt binnenkort hernoemd.
Hoewel de identiteit van Kees Kreukniet in 1947 nog niet was vast te stellen, staan er opvallende overeenkomsten in het opgravingsrapport. Zo wordt zijn kunstgebit vermeld. Ook staat er dat zijn overhemd is voorzien van een winkelmerkje van een kledingzaak aan de Vlierboomstraat in Den Haag, vlakbij zijn woning.
Nabestaanden opgeroepen
Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) voerde met succes het verwantschapsonderzoek uit. De Stichting WO2 Sporen leverde waardevolle achtergrondinformatie aan over de persoon Kees Kreukniet. Ongeveer 30 slachtoffers van de Waalsdorpervlakte liggen nog altijd naamloos begraven op het Ereveld Loenen en elders. De BIDKL roept nabestaanden die zich nog niet hebben gemeld op om contact op te nemen en DNA af te staan. E-mail: bidkl@mindef.nl.