Op korte termijn neemt de Koninklijke Marine een van de vier onderzeeboten uit de vaart. Later volgt de tweede. Met de reservedelen van beiden worden de twee andere onderzeeboten van de Walrusklasse onderhouden en daarmee langer in de vaart gehouden. Dat is nodig omdat de nieuwe subs langer op zich laten wachten. Dit liet defensiestaatssecretaris Christophe van der Maat de Tweede Kamer weten. Hoewel twee van de boten al zo’n dertig jaar in gebruik zijn én nog minstens tien jaar moeten doorvaren
Volgens de bijgestelde planning zouden de eerste twee nieuwe onderzeeboten tussen 2034 en 2037 volledig inzetbaar moeten zijn. Dat is fors later dan 2031, de datum die vorig jaar nog werd genoemd.
Oostflank
Duidelijk is in ieder geval dat Defensie de binnen de NAVO en Europese Unie veelgevraagde onderzeebootcapaciteit wil behouden. De ontwikkelingen langs de oostflank van het NAVO-verdragsgebied maken extra duidelijk hoe belangrijk de investeringen zijn.
Lees hier het hele artikel uit magazines.defensie